DOOR HANS DE JONGH
Het weeralarm van het KNMI zal een steeds grotere rol spelen bij de beslissing van de wedstrijdcommissie of wedstrijden op de Golfresidentie doorgaan of niet. Liet de wedstrijdcommissie eerder al weten dat Code Geel een valide reden is om een wedstrijd niet te laten doorgaan, nu wordt in het wedstrijdreglement ook vastgelegd dat wedstrijden gecanceld worden bij Code Oranje of Code Rood.
De baansluiting door de Vereniging van Eigenaren vanwege Code Rood op zondag 9 juli, nadat die dag eerder de Mitra Maandbekerwedstrijd door de weekendcommissie was gecanceld, ontmoette volgens de VvE behoorlijk wat kritiek. Het bestuur van de VvE wijst erop dat het wettelijk aansprakelijk is als onder die omstandigheden niet wordt voldaan aan de zorgplicht. “We zullen bij een volgende keer niet twijfelen om eenzelfde besluit te nemen”, liet het recent weten.
Daarbij wordt verwezen naar de leidraad ‘Wegwijs in veiligheid en zorgplicht voor golfbanen’ dat de Nederlandse Golf Federatie op haar website heeft gepubliceerd vanwege de wettelijke verplichting om risico’s in de baan te beperken. “Daarbij hoort de inspanningsverplichting om schade voor anderen te voorkomen en alles te doen (en te laten) om de golfbaan zo veilig mogelijk te maken voor medewerkers, spelers en andere bezoekers”.
De wedstrijdcommissie heeft nu naar aanleiding van de gebeurtenissen op 9 juli besloten om in het wedstrijdreglement naast Code Geel ook de gevolgen te benoemen als het KNMI Code Oranje of Code Rood afkondigt. Bij Code Geel wordt van de wedstrijdleiding verwacht dat zij 24 uur van tevoren de deelnemers aan een wedstrijd ervan op de hoogte stelt dat uiterlijk één uur voor aanvang wordt besloten om de wedstrijd al dan niet te laten doorgaan.
De Vereniging van Eigenaren en de golfclub overleggen nog over de procedures die bij het afkondigen van de Code Oranje of Code Rood moeten worden gevolgd. Een plotselinge baansluiting zal ook zichtbaar moeten zijn; bovendien moeten spelers in de baan op de hoogte worden gesteld dat de baan gesloten is. Daarvoor wordt opnieuw gekeken naar mogelijkheden voor een afdoende alarmering in de baan.